Bijhouden van wijzigingen inschakelen om gegevenssynchronisatie te beheren

Grote organisaties die hun gegevens synchroniseren met externe gegevensbronnen, kunnen tabellen (entiteiten) inschakelen voor het bijhouden van wijzigingen. U kunt een geselecteerde set gegevens exporteren of ophalen en vervolgens het externe datawarehouse gesynchroniseerd houden.

Door bijhouden van wijzigingen voor specifieke tabellen (entiteiten) in of uit te schakelen, kunt u de belasting van uw serverresources reduceren en verwerkingstijd besparen wanneer u gegevens van apps extraheert en synchroniseert met een externe opslag. U kunt bijhouden van wijzigingen inschakelen voor zowel systeemtabellen (entiteiten) als aangepaste tabellen (entiteiten).

Power Apps-instellingen gebruiken

  1. Aanmelden bij Power Apps.

  2. Vouw Dataverse uit en selecteer vervolgens Tabellen.

  3. Selecteer een tabel en selecteer vervolgens in TabeleigenschappenEigenschappen.

  4. Vouw op de pagina Tabel bewerken Geavanceerde opties uit.

  5. Schakel in de sectie Voor deze tabel het selectievakje Wijzigingen bijhouden in.

    Het selectievakje inschakelen om Wijzigingen bijhouden in te schakelen.

  6. Selecteer Save.

Notitie

Wanneer u Wijzigingen bijhouden inschakelt, kunt u dit niet uitschakelen.

Verouderde instellingen gebruiken

  1. Ga naar Aanpassingen>Het systeem aanpassen.

  2. Selecteer een entiteit en selecteer onder Gegevensservices het selectievakje Bijhouden van wijzigingen.

    Bijhouden van wijzigingen inschakelen voor een entiteit.